Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Een ieder zal [23]geprezen worden, [24]naardat zijn verstandigheid is; maar die [25]verkeerd van hart is, zal tot verachting wezen. 23. Te weten, van de wijzen en rechtoordelenden. 24. Dat is, naardat hij met woorden en werken bewijst dat hij verstand heeft, strekkende tot de ware godvruchtigheid. 25. Zie boven hfdst.11 vs.20.